De vrijwilliger ontvangt elke kalenderjaar en jaarvergoeding. De werkgever kan bepalen of deze vergoeding ineens of periodiek in delen wordt uitgekeerd. De jaarvergoeding is te vinden in de tweede kolom van de vergoedingstabel.
De vrijwilliger ontvangt de vergoeding uit kolom drie van de vergoedingstabel uit bijlage IIb van de CAR-UWO voor het volgen van oefeningen, cursussen en alle overige werkzaamheden die hij in opdracht van het college verricht. Alle werkzaamheden vallen hieronder, behalve langdurige aanwezigheid, hulpverlening en brandbestrijding.
Op het moment dat de vrijwilliger wordt opgeroepen en vervolgens daadwerkelijk uitrukt voor brandbestrijding en hulpverlening, ontvangt hij hiervoor de vergoeding uit kolom vier van de vergoedingstabel uit bijlage IIb van de CAR-UWO.
De vrijwilliger ontvangt voor langdurige aanwezigheid de vergoeding uit kolom vijf van de vergoedingstabel uit bijlage IIb van de CAR-UWO. Het gaat hierbij om activiteiten die meer dan vijf uur tijd in beslag nemen, zoals oefenen in het buitenland. Alleen de uren waarop daadwerkelijk werkzaamheden worden verricht tellen hierbij mee. Als de werktijd wordt onderbroken door een korte pauze, dan wordt dit niet gezien als de aanvang van een nieuwe periode. Reistijd wordt niet vergoed en telt ook niet mee bij de berekening van het aantal uren. Als er lokaal gewerkt wordt met kazerneringsdiensten, moet hiervoor een lokale vergoedingsregeling worden opgesteld. Artikel 19:17 geldt niet voor deze diensten.
De vergoeding geldt voor alle uren van de inzet. Als een inzet bijvoorbeeld zeven uur duurt dan geldt voor alle uren de vergoeding uit kolom vijf.
Als de vrijwilliger de langdurige aanwezigheid moet onderbreken voor een uitruk dan tellen de uren die hij/zij bezig is met de uitruk mee als uitrukvergoeding.
Vrijwilligers die ononderbroken vanaf 31 december 1979 in dienst zijn als vrijwilliger bij de gemeentelijke brandweer, komen in aanmerking voor een afwijkende vergoeding. Deze kleine groep vrijwilligers ontvangt volgens dezelfde systematiek een vergoeding alleen dan gebaseerd op bijlage IIc van de CAR-UWO.